Mijn moeder maakte vroeger altijd ‘bubur’ als ik ziek was, rijstepap. Ik kan niet anders zeggen dat daar het woord troostrijk vandaan komt in de titel van deze blog. Het smaakt als een omhelzing. Inmiddels heb ik mijn eigen versie ervan gecreëerd en eet ik dit niet alleen als ik ziek ben, maar ook als ontbijt. Leuk weetje: kaneel staat erom bekend energie te geven, dus het is niet voor niets dat ik daarvoor koos.
Wat heb je ervoor nodig?
- 150 gram witte rijst
- 400 ml kokosmelk (ik koop die van ‘nature’s charm’ met maar 1 ingrediënt)
- 300 ml water
- 2 eetlepels kokosbloesemsuiker
- 2 theelepels kaneel (meer naar smaak)
- Snufje zout
Hoe maak ik het?
Spoel de witte rijst goed af onder koud water tot het water doorzichtig is.
Doe de rijst in een pan en voeg de kokosmelk en water toe. Voeg een snufje zout toe. Breng het geheel aan de kook op middelhoog vuur.
Zodra het mengsel kookt, zet je het vuur laag en laat je de rijst zachtjes pruttelen. Roer regelmatig om te voorkomen dat de rijst aan de bodem van de pan plakt. Kook de rijst ongeveer 20-25 minuten, of tot de rijst zacht en romig is en het vocht grotendeels is opgenomen.
Voeg dan de kokosbloesemsuiker en het kaneel toe aan de rijstepap. Roer het goed door zodat de suiker volledig oplost en de smaken goed mengen.
Proef natuurlijk even en voeg indien gewenst extra kokosbloesemsuiker of kaneel toe naar smaak. Als je de rijstepap dunner wilt hebben, kun je wat extra kokosmelk of water toevoegen en nog even laten sudderen.
Serveer de rijstepap warm in kommen. The only way to eat it.
Meal prep tip: laat de rijstepap afkoelen en zet hem in de koelkast voor de volgende dag als ontbijt. Lekker!